Categorie archief: Ombudsman

Voormalig Financiële Ombudsman in interview over Woekerpolis en Wabeke-Norm

“Volgens voormalig ombudsman financiële dienstverlening Jan Wolter Wabeke escaleert de affaire rondom de woekerpolissen. Wabeke onderhandelde acht jaar geleden met verzekeraars en consumentenclubs en kwam uiteindelijk met een aanbeveling voor het compenseren van gedupeerden. Volgens hem had daarmee had de affaire moeten worden beëindigd, zo geeft hij woensdag aan in EenVandaag.”

Lees verder op NU.nl

EenVandaag: Interview Jan Wolter Wabeke

De strijd tussen verzekeraars en consumentenorganisaties in de woekerpolisaffaire “escaleert”. Verzekeraars en claimstichtingen verharden in hun toon en standpunten, waardoor een einde van de affaire waarschijnlijk nog jaren op zich laat wachten. Dat zegt voormalig Ombudsman financiële dienstverlening Jan Wolter Wabeke in EenVandaag.

Zie het hele interview op EenVandaag.nl

Video interview: ‘Nederland heeft geen homohuwelijk’

Raadsheer Jan Wolter Wabeke is een van de grondleggers van het homohuwelijk. Tegelijkertijd “bestaat dat huwelijk helemaal niet”, zegt hij stellig.

Immers heb je in Nederland geen “brevet van geaardheid” nodig om te trouwen. “Nederland heeft geen homohuwelijk, net zoals we geen negerhuwelijk hebben”, zegt Wabeke. “We hebben een huwelijk en dat is hetzelfde voor iedereen.”

Als gerenommeerd jurist en “gay” heeft Wabeke met name achter de schermen veel betekend voor het organiseren van het vrije huwelijk. “Ik bleef op de achtergrond vanwege mijn beroep”, zegt hij.

80-urige werkweek

Inmiddels 67 jaar oud werkt Wabeke nog steeds, maar “de 80-urige” werkweek is voorbij. “Op mijn zeventigste moet ik stoppen als rechter, dat komt door een oude wet die ervan uitgaat dat je niet veel ouder wordt.”

Maar helemaal stoppen zal voor iemand met een indrukwekkend CV wel lastig zijn. Wabeke was actief als Ombudsman op het gebied van verzekeringen en financiële instellingen. In die functie zag hij ook het controlestelsel op de branche verbeteren, met onder meer de komst van de AFM.

Woekerpolissen zullen volgens hem anno 2015 minder snel worden afgesloten, “omdat je als
financieel ondernemer minder snel kunt aanrommelen en je klanten misleiden.”

Bron: 7ditches.tv

Vijf vragen over de woekerpolisaffaire

Al jaren sleept de woekerpolisaffaire in Nederland zich voort. Met de komst van allerlei nieuwe massarechtszaken en claimorganisaties lijkt het alleen maar erger te worden.

Eigenlijk wel. Al in 2008 werd onder leiding van de toenmalige financiële ombudsman Jan Wolter Wabeke een nationale compensatienorm vastgesteld. Daar waren alle verzekeraars en belangrijke consumentenorganisaties bij betrokken. Aan de hand van de zogeheten Wabekenorm stelden partijen vast dat verzekeraars maximaal 2,5 tot 4 procent van de premie van de verzekering hadden mogen inhouden voor kosten. Verzekeraars beloofden op basis van die regelingen ongeveer 3 miljard euro terug te geven aan hun klanten, bij wijze van compensatie voor de zeven miljoen polissen die ze sinds begin jaren negentig hebben afgesloten.

Lees verder op Volkskrant.nl

Volkskrant: Geen duidelijke winnaar in EU-zaak over woekerpolis

Het Europese Hof van Justitie heeft een soort salomonsoordeel geveld in een woekerpoliszaak waar al maanden in Nederland naar werd uitgekeken. Zowel verzekeraars als de claimorganisaties eisen nu een overwinning op, omdat de rechter nog onduidelijkheid laat bestaan.

Alle betrokkenen keken al maanden uit naar de uitspraak, omdat die voor eens en altijd licht had moeten schijnen op de afwikkeling van de Nederlandse woekerpolisaffaire. Een in eerste instantie individuele procedure tussen een polishouder en de verzekeraar, werd door alle partijen als een proefproces gezien voor de hele verzekeringssector. Of de verzekeraars zouden voor eens en voor altijd van zijn van de claims af die hen al jaren achtervolgen, of de consumenten zou het ultieme rechtsmiddel krijgen om massaclaims in te dienen. Het Hof wijst echter geen duidelijke winnaar aan.

In de woekerpoliszaken draait het tot nu toe steeds om de vraag of verzekeraars al of niet onterecht kosten hebben ingehouden en daar vooraf duidelijk over waren op het polisblad. Verzekeraars zeggen dan dat ze zich altijd netjes aan de minimale voorschriften in de toen geldende wet en de Europese richtlijn hebben gehouden. Woekerpolisadvocaten beroepen zich op zachtere regels, zoals de juridische bepaling als redelijkheid en billijkheid. Verzekeraars hadden volgens hen een extra zorgplicht toen ze de polissen afsloten en hadden beter op de polisbladen moeten vermelden waar de consumenten aan toe waren. Als dat duidelijk was, hadden ze de verzekering nooit afgesloten.

Zelf bepalen

Het Hof zegt nu dat de Nederlandse rechters zelf mogen bepalen of ze de zachte, voor de consumenten gunstige regels hanteren, maar mogen daarin ook weer niet te ver gaan. Ze moeten er ook rekening mee houden dat verzekeraars niet helderziend zijn en van te voren precies kunnen weten hoe ze over welke kosten hadden moeten communiceren.

‘Per woekerpoliszaak moeten rechters dat vaststellen. De uitspraak verplicht ze tot niets’, zegt Danny Bussch, hoogleraar financieel recht aan de Radboud Universiteit. ‘Het is niet zo dat je met deze uitspraak bij de politiek of verzekeraars opeens een nationale collectieve compensatie kunt afdwingen.’ Het Europese oordeel werd afgedwongen door Nationale-Nederlanden in een op zich kleine zaak waarin de Rotterdamse rechtbank in 2012 in een tussenvonnis een verzekerde al in het gelijk stelde. De verzekeraar sloot in totaal ongeveer 500 miljoen van dit soort polissen af en voert momenteel juridische strijd met meerdere collectieve claimorganisaties. Via de Europese rechtsgang wilde Nationale-Nederlanden voor eens en voor altijd af dwingen dat de Nederlandse rechters zich aan de minimumeisen in de Europese richtlijn moeten houden.

Vorig jaar werd de zaak opeens veel groter omdat de belangrijkste adviseur van het Hof van Justitie, Eleanor Sharpston, in haar advies aan de rechters opeens oordeelde dat bij goed lezen van de Europese richtlijn de zachte regels er al in staan. Volgens Sharpston hadden verzekeraars ten alle tijden duidelijk moeten zijn over de kosten. Het Hof heeft dit advies niet op die manier overgenomen.

Bron: Volkskrant

Jan Wolter Wabeke 2014

Wabeke: ‘Geen norm gesteld, maar een aanbeveling gegeven’

De Wabeke-norm was volgens Jan Wolter Wabeke nooit bedoeld als een norm, maar slechts een aanbeveling. Dat zijn aanbeveling uiteindelijk werd uitonderhandeld tot een norm, ging volledig buiten Wabeke om. Dat zegt de voormalig ombudsman van KiFiD in een gesprek dat hij twee jaar geleden had met René Graafsma, eigenaar van Claimexperts. Graafsma heeft het gesprek vandaag naar buiten gebracht.

Wabeke stelt in het gesprek met Graafsma duidelijk dat hij er niet tevreden mee was dat zijn aanbeveling tot een norm werd uitgebouwd: “Wat minder prettig was dat men bleef roepen dat die ombudsman er maar niks van begrepen had en dat hij een norm had gesteld. Allebei was niet waar. Ik had het naar mijn smaak dondersgoed begrepen. Het week ook helemaal niet zo ontzettend veel af van die percentages van wat uiteindelijk in die overeenkomst met die stichtingen is vastgelegd. En ik had bovendien geen norm gesteld, maar een aanbeveling gegeven. Alles is uiteindelijk wel een aanbeveling. Ja, zo van: probeer het zo eens. En dus van enige norm was geen sprake. Dus vond ik het een beetje een vervelende spin om daar een soort Wabeke-norm daarvan te gaan maken, waardoor het een soort status kreeg die het helemaal niet verdiende.”

Redelijk

Volgens Wabeke kan de aan zijn naam verbonden norm niet als een norm beschouwd worden: “Want bij een norm, dan stel je vast dat dat het enige redelijke is. En dat valt toch helemaal te bezien. Omdat er heel veel zaken niet onder zo’n aanbeveling te brengen zijn. Er zijn heel veel zaken waarin de klant luid en duidelijk begrepen heeft met wat voor kosten hij te maken had en met wat voor beleggingsrisico’s. En die mensen hadden eigenlijk helemaal geen recht op enige vergoeding. En er was natuurlijk ook de tussenpersoon niets te verwijten. En die waren echt bij duizenden, dat soort zaken. Maar ze konden toch gebruik maken van die regeling.”

Wabeke vervolgt: “En er waren andere zaken waar de consument klip en klaar besodemieterd was. Iets anders aangeleverd had gekregen dan die had besteld. Zaken waarin je kon bewijzen dat op de aanvraagformulieren iets anders was aangekruist, dan ze hebben gekregen. Toen had je nog geen dienstverleningsdocumenten, maar er waren soms wel zaken vastgelegd in documenten. En die mensen waren gewoon misleid. Die hebben dan recht op veel meer dan in de aanbeveling staat. Namelijk: terugdraaien van de hele overeenkomst. Want het is misleiding en zo staat het in het burgerlijk recht. Met andere woorden: Zowel links als rechts van die aanbeveling was er nog genoeg maatwerk te leveren.”

Voorbeeldzaken

Wabeke beschrijft ook hoe zijn aanbeveling tot stand kwam. Hij vertelt dat er geen eenduidige voorbeeldzaken kwamen. “Maar een, laten we zeggen, representatieve zaak waar iedereen het over eens is dat dit voorbeeld typisch is voor het probleem, die heb ik niet. Ik kan er zelf een bedenken. Maar dan heb ik hem zelf bedacht. En toen heb ik gewoon uit de stapels van verschillende aanbieders een aantal zaken geplukt waarvan ik dacht: die lijkt mij het meest representatief voor het probleem. Dan ga ik in die zaak gewoon aan het werk. Dat leidde er toe dat ik op een gegeven moment, om een lang verhaal kort te maken, tot een soort concept kwam van een soort aanbeveling.”

Maar bij het vervolgproces, waarin de ‘soort aanbeveling’ van Wabeke door claimpartijen en Delta Lloyd werd uitgewerkt tot een norm, was de toenmalig ombudsman zelf niet aanwezig. “En toen heb ik nog twee nachten in het hotel in Amsterdam gezeten vlakbij de locatie waar ze zaten te vergaderen om op afroep beschikbaar te zijn om in te springen. En af en toe via de telefoon op bepaalde dingen wat commentaren te geven. Maar de stichtingen hadden op dat moment geen behoefte aan andere mensen erbij.” René Graafsma: “Dus jij was wel in de buurt, maar je was niet nodig?” Wabeke: “Nee, ik was niet in die zaal waar dat toen gebeurde, in het kantoor van een van de partijen.”

Wabeke laat desgevraagd weten dat hij geen behoefte heeft om op het artikel in te gaan. Hij geeft aan dat het interview met Graafsma niet geautoriseerd is, maar dat hij geen noodzaak ziet om zich van de inhoud te distantiëren.

Bron: amweb.nl

FD: Financiële ombudsman tegengewerkt

Ombudsman financiële dienstverlening Jan Wolter Wabeke is vorig jaar gefrustreerd opgestapt bij klachtenorgaan Kifid. Hij werd tegengewerkt door het bestuur en de directie. Dat meldt het Financieele Dagblad.

De krant beschikt onder meer over een brief van de voormalige directiesecretaresse van Kifid aan het bestuur. Hierin staat dat directeur Kees Oosterholt haar opdroeg Wabeke te ‘bespioneren’. Zij moest mail, post en telefoontjes die voor hem binnenkwamen filteren. Uitnodigingen voor vergaderingen en interviews moest zij onderscheppen. Oosterholt probeerde zo te verhinderen dat Wabeke openbare uitspraken zou doen die de financiële sector niet bevallen.

Het bestuur van Kifid, waarin banken en verzekeraars domineren, werkte Wabeke verder tegen door het budget voor klachtenbehandeling klein te houden. Ook bekritiseerden bestuursleden Wabeke in de wandelgangen over zijn stellingnames in specifieke dossiers, zoals de provisies die verzekeraars aan tussenpersonen betalen.

Wabeke vertrok in september vorig jaar terwijl hij eigenlijk tot 2012 zou aanblijven. De secretaresse is uit ongenoegen ook opgestapt.

Bron: BNR.nl

Jan Wolter Wabeke 2010

Eindhoven, lelijkste stad van Nederland?

Velen zullen Jan Wolter Wabeke kennen als de Financieel Ombudsman. Die functie heeft hij op 1 oktober 2010 neer­gelegd. Hij is benoemd tot rechter bij het Gerechtshof in Den Haag. ­Daarnaast is hij voor­zitter van de Raad van Toezicht van Design Academy Eind­hoven en lid van de Raad van Toezicht van het Catharina Ziekenhuis.

Onlangs was het 18 september, de bevrijdings­dag in Eindhoven. Op die dag, in 1944, was de stad een schim van wat ze geweest was. Gevechtshandelingen legden het centrum in puin. Met enthousiasme – maar met weinig geld en visie – begon de wederopbouw. Daar­bij vierde functionaliteit hoogtij. Lelijke gebou­wen en wijken verrezen. Veel van Eindhovens trots die het oorlogsgeweld had overleefd, moest het alsnog ontgelden. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat niet alles fout ging. Het prachtige ontwerp van de Bijenkorf is daarvan het statige bewijs. Alleen zetten ze dan een shopping mall met glazen afdak tegen deze icoon aan, die de gesoig­neerde titel ‘piazza’ verre van verdient. Ruimtelijke ordening? Ruimtelijke opeen­hoping is een betere term. Bestuurders krijgen het niet voor elkaar om samenhang en een natuurlijke kern in de stad te creëren.

Nee, Eindhoven moet het predikaat ‘lelijkste stad van Nederland’ zien te ontwijken. De stad moet het tij zien te keren. In deze tijden van grote financieringstekorten zijn herschikking van prioriteiten en publiek-private samen­werking dringend gewenst. Daarom pleit ik voor temporisering van de grootse plannen rondom Brainport, om nog meer leegstand te voorkomen. Laten we bij de stadsontwikkeling de burger als uitgangspunt nemen. En werken aan eerste kwaliteit huisvesting, goed geplan­de wijken, doeltreffend veiligheidsbeleid, toegankelijke gezondheidscentra en aantrek­kelijke culturele voorzieningen. Hier ligt een belangrijke taak voor woonbedrijven en plaats­elijke ondernemers. En laten de bestuurders, bouwers en beheerders de vele uitstekende ontwerpers die Eindhoven voortbrengt, nu ein­delijk eens betrekken bij het meewerken aan een mooi en duurzaam Eindhoven.

Bron: W platform

Jan Wolter Wabeke 2010

Omroep Brabant: ‘Geschillenboer’ Jan Wolter Wabeke begint als rechter

BEST – Hij noemt zichzelf ‘geschillenboer’ en na een tien jaar als landelijke ombudsman verzekeringen en 70.000 zaken verder, begint Jan Wolter Wabeke (61) uit Best met een nieuwe carrière als rechter aan het gerechtshof in Den Haag.

Jan Wolter Wabeke (1948) studeerde Rechten in Utrecht. Eind jaren ’70 kwam Wabeke samen met zijn huidige echtgenoot, designer en fotograaf Jan Swinkels in Best wonen. In die tijd was homoseksualiteit in het Brabantse dorp niet een ingeburgerd fenomeen. “Ik heb Jan altijd voorgesteld als mijn man,” vertelde Wabeke in een interview met het Eindhovens Dagblad (ED), “Dertig jaar geleden was dat nog volstrekt ongebruikelijk en in eerste instantie werd er dan ook gek tegen aan gekeken.”

Van 1986 tot 1988 was Wabeke landelijk officier van justitie in Utrecht. Daarna werd hij kantonrechter en vanaf 1992 tevens advocaat-generaal aan het Gerechtshof in Den Haag. Van 1994 tot 2001 was hij hoofdofficier van het arrondissement Breda.

Strijd

De kersverse rechter in Den Haag is altijd bezig geweest met juridische strijd. “Ik ben een geschillenboer,” vertelt Wabeke aan Omroep Brabant, “Dat was ik vroeger al in de wetswinkel, in de advocatuur, in het openbaar ministerie, als advocaat-generaal, als kantonrechter, als hoofdofficier van justitie ook, tien jaar ombudsman en nu dan het hof.”

Ook al benadert Wabeke de pensioensgerechtigde leeftijd, zijn nieuwe job is even zo goed hard aanpakken. “Nee, het is geen erebaantje. Je doet je zittingen, werkt aan je uitspraken, doet vakstudies, pleegt overleggen. Het is gewoon een baan.”

Verhuizen

Voor deze baan zal hij Best niet gaan verlaten. “Weggaan komt niet in me op,” vertelt hij het ED, “Zelfs niet als ik in de ochtend om zes uur in de auto stap en laat in de avond terugkeer. Ik kom hier in de natuur gewoon tot rust.”

Beluister hier het radio interview met Jan Wolter Wabeke:

Bron: omroepbrabant.nl

Volkskrant: Wabeke: ‘DSB Bank had gered kunnen worden’

DSB Bank was waarschijnlijk niet failliet gegaan als de financiële ombudsman informatie had mogen delen met toezichthouders. Dat zei ombudsman Jan Wolter Wabeke donderdag tegen de parlementaire commissie-De Wit die onderzoek doet naar de oorzaken en gevolgen van de kredietcrisis.

Wabeke vertelde dat hij in jaarverslagen steeds voor de praktijken van DSB-Bank had gewaarschuwd. Hij mag van de wet echter de naam van de bank niet noemen, ook niet aan de toezichthouder van de banken, DNB. ’Ik zou in dezelfde schil van geheimhouding als DNB moeten zitten’, zei Wabeke. ‘Dan had faillissement wellicht kunnen worden voorkomen.’

Bron: Volkskrant.nl